Reprografie vergoeding nu ook voor printers en prints?

Case In België wordt er een reprografie vergoeding geïnd voor het kopiëren (vanuit een papieren drager) van beschermde werken naar papier.

Deze vergoeding compenseert de schade  die de rechthebbenden van beschermde werken lijden d omwille van de uitzondering in de auteurswet die toelaat om van beschermde werken, onder bepaalde voorwaarden, kopies te maken, zonder hun toestemming.

Het Europese hof van Justitie heeft zich onlangs uitgesproken over een prejudiciële vraag, gesteld door Duitsland, inzake de vraag of deze reprografie vergoeding ook van toepassing is voor het afdrukken via een printer van beschermde werken op papier (prints).

Laat ons even de reprografie regeling in herinnering brengen. Het basis principe van de auteurswet is dat er voor elke reproductie van een beschermd werk uitdrukkelijk voorafgaandelijk toestemming wordt gevraagd aan de auteur (rechthebbende van het werk). Dit is uiteraard praktisch niet doenbaar en daarom heeft de Belgische auteurswet een aantal uitzonderingen voorzien waarbij het legaal is om ongevraagd beschermde werken te kopiëren. Deze uitzonderingen op het algemeen principe, dat er toestemming moet worden gevraagd, zijn evenwel strikt geregeld én er moet voor betaald worden.

Een van die uitzonderingen is, dat het toegelaten is om van een artikel, foto, illustratie of kort fragment van een boek of partituur een kopie te nemen, op voorwaarde dat dit uitsluitend voor privégebruik is, of voor intern professioneel gebruik, of als illustratie voor onderwijs of voor wetenschappelijk onderzoek.  Bijkomend moet er worden opgelet dat er aan de “normale exploitatie” van het werk geen afbreuk wordt gedaan. Met andere woorden, volledige publicaties kopiëren is niet toegelaten en valt niet onder de uitzondering.  Ook te veel gekopieerde exemplaren maken van een kort fragment van een boek, foto of artikel, valt niet onder de uitzondering.

De vergoeding voor dit toegelaten kopiëren zonder toestemming van de auteur, de zogenaamde reprografie vergoeding is tweeledig.  Enerzijds wordt op elke kopieermachine een heffing betaald (de forfaitaire vergoeding). Dit is een auteursrechtelijke vergoeding die elke fabrikant, invoerder of aankoper binnen de Europese Unie betaalt op elk toestel waarmee kopieën van beschermde werken kunnen worden gemaakt. De fabrikant zal die vergoeding doorrekenen aan de koper van de machine.
Anderzijds betalen elk bedrijf en elke instelling die papieren kopieën maken of kopieertoestellen ter beschikking stellen van anderen, een vergoeding voor het kopiëren van auteursrechtelijk beschermd werk (de evenredige vergoeding). Deze vergoeding is gebaseerd op een inschatting door het bedrijf (dat een aangifte moet doen) van het aantal kopieën van beschermde werken. Dit wordt beoordeeld aan de hand van een aantal parameters, zoals het aantal personeelsleden.

In België is Reprobel de enige die een reprografievergoeding mag innen. Het arrest van het Hof van Justitie van 27 juni 2013 lijkt de inningsmogelijkheid van Reprobel nu uit te breiden.

In dit arrest, gekend als het ‘Kyocera arrest’, heeft het Hof een aantal prejudiciële vragen beantwoord, die waren gesteld door het Duitse hooggerechtshof, naar aanleiding van een geschil tussen de Duitse beheersmaatschappij die reprografievergoedingen int en een aantal fabrikanten van kopieerapparaten. Meer bepaald werd aan het Hof gevraagd hoe de zinsnede “reproductie met behulp van een fotografische techniek of een andere werkwijze die een soortgelijk resultaat oplevert” in artikel 5.2.a van de Richtlijn 2001/29 (Richtlijn auteursrechten en naburige rechten) moet worden geïnterpreteerd.

In haar arrest bevestigde het Europese Hof dat een reprografische reproductie een reproductie op papier is (bv. een print) en reproducties dus ook reproducties omvatten die vervaardigd zijn met behulp van een printer en een pc.

Als gevolg van dit arrest wordt naast een reprografie vergoeding op kopies en kopieerapparaten ook een vergoeding op printers en prints mogelijk.

Interessant is dat dit arrest eveneens duidelijk heeft gesteld dat, zelfs indien de auteur of de uitgever toestemming heeft gegeven, bv. via een contractuele regeling, voor de reproductie van een werk, er toch nog een reprografie vergoeding verschuldigd is voor de wettelijke uitzonderingen. De toestemming van de auteur doet aldus niet terzake ...